Sluitingsrit 2017

Het was geen geweldig fietsweer de laatste weken. Veel regen zorgde ervoor dat er in september aanmerkelijk minder kilometers gemaakt werden dan aanvankelijk door mij gepland waren. Een schamele 485 kilometer sinds het begin van september tot en met half oktober is natuurlijk niet echt om over naar huis te schrijven. Blijdschap was er dan ook toen begin deze week de eerste tekenen van een prachtig oktober weekend op de verschillende weersites naar voren kwamen. Zon werd ons voorspeld, zon en heerlijke temperaturen, weersomstandigheden waarbij je niet gelijk denkt aan de laatste officiële clubrit van het seizoen. Toch fietsten we dit weekend de Swolland Sluitingsrit, de traditionele afsluiter van het wegseizoen door het Sallandse land, en mooi weer was het….
Eigenlijk klinkt Sluitingsrit wel erg definitief, vind ik. Alsof je daarna, in clubverband, niet meer op de racefiets mag rondtoeren. Gelukkig is niets minder waar en als de weergoden het toelaten zullen we vast nog wel wat kilometers maken op de smalle bandjes.
Dankzij het goede weer was de opkomst alleszins goed te noemen. Zeker 30 fietsers en fietssters hadden de weg naar Diff gevonden wat bekende dat we in 2 groepen zouden gaan rijden; de iets langzamere groep met daarbij behorende hogere gemiddelde leeftijd, die overigens door Carlijn en Hanneke nog behoorlijk naar beneden werd gehaald, en de iets snellere groep met een iets lagere gemiddelde leeftijd. Ook bij die laatste groep waren enkele dames die daarvoor zorgden overigens…
Vanaf hier tot de koffiestop gaat het verslag over de ‘snellere groep’.
Klokslag negen uur gaf toerleider Arnold van B. het startsein om te vertrekken voor de ruim 100 km richting de Holterberg en weer om. Vanzelfsprekend fietste Arnold zelf, met vaste voorrijder Hennie, op kop. 2 herders gevolgd door een stuk of 20 (denk ik) schapen. Nu kan ik natuurlijk weer uitwijden over de mooie route en de mooie omstandigheden, maar dat doe ik nu eens niet. Althans tot aan de koffie.
Fietsend in de buik van het peloton en onder de gegeven omstandigheden had ik mooi de gelegenheid om mijn medefietsers eens een beetje te aanschouwen. Eens te kijken naar de stijl, de uitrusting, maar ook het karakter van de verschillende fietsvrienden en vriendinnen…
Van nature vindt iedere fietser/fietsster zichzelf natuurlijk stylistisch het best en vind zijn/haar materiaal het mooist, het is niet voor niets dat elke racefietser (m/v) zichzelf nadrukkelijk bekijkt in elke winkelruit die hij/zij passeert. Omdat ikzelf van nature natuurlijk een fantastische stijl en uitrusting heb vond ik dat ik de rest wel aan een korte beschouwing mocht onderwerpen.
Laat ik dan eens beginnen met de zadeltasjes van deze en gene; naar mijn bescheiden mening hoort een zadeltasje zo klein mogelijk te zijn en alleen geschikt voor het hoognodige… Hier gaat gelijk al het nodige mis, want er zitten hutkoffers tussen zal ik je vertellen. Bij sommigen, vooral heren, is van geen enkele aerodynamica meer sprake omdat de zadeltas (lees koffer) breder is dan het zadel en mee wiegt op elke pedaalslag die de berijder maakt. Natuurlijk is het handig dat je wat extra bagageruimte hebt maar een oud Swollands gezegde luidt niet voor niets; “alles wat je thuislaat is mooi meegenomen” Ik noem geen namen, maar hen die het betreft zullen ongetwijfeld nog eens onder het zadel kijken.
Dan de helm; in vroeger jaren werd vooral kaalhoofds gefietst, de ingezeten van de ‘langzame’ groep, met uitzondering van de vrouwtjes, weten natuurlijk gelijk wat ik bedoel, zonder helm met alleen een stoer petje op. Tegenwoordig echter is de helm helemaal ingeburgerd en komt in vele gedaanten, met of zonder klep, in alle kleuren van de regenboog, in mannen en/of vrouwen uitvoering en…..sinds een klein jaar ook in ‘alien’ uitvoering. Zo’n helm die ook als spiegel voor mede fietsers dient. Zij die er één bezitten zullen zich nu vast even onder helm krabben.
Een ander dingetje in het moderne peloton is gezichtsbeharing; in het profcircuit is er inmiddels zelfs een (Belgische) ploeg die geen renners met baard meer contracteren. In het Swolland peloton rijden er echter enkele snorren dan wel baarden mee en zij worden gedoogd, dat wil zeggen zo lang de beharing binnen de grenzen van het toelaatbare blijft; de hangsnor mag, mits hij (vrouwen blijven in deze categorie buiten beschouwing) niet verstrikt kan raken in de aandrijving. De snor in combinatie met sik is op het randje, het oogt iets te intellectueel in een volksport als wielrennen maar als je een ander uit de wind houdt mag het. De 3e categorie gezichtsbeharing is het meest zorgwekkend; de baard in combinatie met ‘alien’ helm, voor hen die zich nu aangesproken voelen, de scheerschuim is momenteel in de aanbieding bij de Action, de helm kan als spiegel dienen tijdens het scheren…
Over de kleding kan ik natuurlijk weinig zeggen, het nieuwe Swolland tenue is van een bijzondere esthetische schoonheid en, als groep gedragen, een plaatje.
En dan natuurlijk de fietsen zelf, hiervan kan ik alleen maar zeggen; gelukkige dat er tussen al dat Amerikaanse spul ook nog wat Duitse schoonheid rondrijd……..
En dan ineens doemt Hellendoorn op en als je Hellendoorn zegt, zeg je De Tonne en als je De Tonne zegt, zeg je koffie met appeltaart. Als wij aan komen fietsen staan er al veel karretjes op het terras en heel even vrees ik voor het appelpuntje. Eenmaal binnen staat de koffie al voor wij zitten, duurt de appeltaart wat langer maar komt die uiteindelijk wel. Het is weer gezellig druk bij De Tonne en de sfeer is goed, ook bij de ‘langzame groep’ die wel gewoon sneller bij De Tonne was dan wij…
Als ook het tweede bakkie erin zit gaan we weer op pad en nu voor het wat serieuzer gedeelte, de Holterberg en iets later de Luttenberg.
Inmiddels zijn de temperaturen dermate opgelopen dat arm-en beenstukken massaal worden gedegradeerd tot achterzakvulling. Tot aan de Holterberg blijven we als groep bij elkaar, maar als Arnold heeft aangegeven dat we bij de eerste afslag bij Holten moeten wachten gaat de meute los. De mannen met de klimvezels in de spieren zijn als eerste weg en deze zien we in Holten pas weer terug. Ikzelf zoek een busje, zeg maar zo’n busje van een gemiddeld klusbedrijf op de vroege maandagochtend; je wilt ‘m bijhouden maar er moet wel gas op de plank. Ik vind mijn bus met als bestuurders Jeannette M. en Toine P. en in goed gezelschap van Jan S., Ruud W. Frits M. Anja H. en Evelien T. met z’n achten denderen we over de Toeristenweg, via de afzink naar De Diepe Hel over dat verzurende klimmetje en het oneindige vals plat richting het natuurdiorama, en door naar Holten waar bij elke afslag wel iemand stond.
Na de hergroepering zetten we de terugweg in via Haarle, in de wetenschap dat de laatste officiële beklimming van 2017 in clubverband er nog staat aan te komen, de Luttenberg.
Die Luttenberg is een niet al te hoge stuwwal en reikt, als geïsoleerd onderdeel van de Sallandse Heuvelrug, tot 31 meter boven NAP. Ondanks z’n geringe hoogte kan hij echter, als de benen al de nodige kilometers en de Holterberg ondergaan hebben, nog behoorlijk pijn doen. Eenmaal boven is er het uitzicht over de omringende weilanden en een gedeelte van de vroegere Luttenbergring.
Na Luttenberg volgen de zowel traditionele als karakteristieke Sallandse klinkerwegen om ons definitief richting Zwolle te brengen, wegen die voor vooral favoriet zijn bij fietsers met hangsnorren.
Zo tuffen we met z’n allen gemoedelijk en ontspannen naar huis. Tot we aankomen op de Slennebroekerweg tussen de Twentse en de Oude Twentseweg. Hier komt ons een kleine vrachtwagen met paardentrailer tegemoet die op de smalle weg geen snelheid mindert waardoor Ruud W. kom te vallen en Evelien T. in zijn val meeneemt. Beiden moeten het akkefietje met diverse schaafwonden en beurse plekken bekopen. Terwijl de groep zich bekommert om de gewonden en het materiaal, zetten Yuké M. en Jeannette de achtervolging op de vrachtwagen in (neem als u dit leest de begin tune van The A-Team in gedachten…).
Als beiden een minuut of 15 later terugkeren blijken ze de bestuurder te hebben achterhaald en met zijn gedrag (te hard naderen van een groep fietsers op een smalle weg en doorrijden na ongeval) maar deze is zich van geen kwaad bewust en ontkent alle schuld. Wel worden kenteken en ‘s mans mobiele nummer genoteerd.
Zichtbaar geschrokken hervatten de gehavende Ruud en Evelien de tocht en fietsen we de laatste kilometers van de Sluitingsrit uit richting het zonnige terras van het clubhuis van de golfclub bij de Wijthmenerplas. De ene helft van de groep keert huiswaarts terwijl de rest een drankje drinkt op mijn aanstaande verjaardag (die als ik dit tik nog een 6-tal uren duurt) en nog even gezellig nazit.
Daarmee kwam een einde aan het officiële wegseizoen van Toerclub Swolland maar natuurlijk niet aan het fietsjaar, want dat gaat gewoon door. Is het niet op de racefiets dan wel op de ATB, fietsen is immers niet aan een seizoen gebonden.
Tot slot nog even voor de ‘langzamere groep’ met de iets ‘hogere’ gemiddelde leeftijd; neem mijn woorden niet al te serieus, want ik weet dat als jullie de ruggen krommen en op de pedalen gaan staan ik in jullie schaduw verdwijn….
(foto’s; Hans de Groot, Jeannette Meijer, Anja Hengeveld)
Hoi Hans.
Weer een mooi verslag van een mooie fietsdag. Wel jammer van de valpartij.