Corso di Chiusura de Swolland
Als de herfst komt beginnen de bladeren te vallen…
Al sinds 1905 wordt in de Italiaanse regio Lombardije de Ronde van Lombardije gefietst, eerst nog onder de naam Milaan-Milaan maar twee jaar later als Ronde van Lombardije of in het Italiaans ‘Il Lombardia’
Omdat deze zware wielerklassieker traditioneel, als afsluiter van het profseizoen, in het najaar wordt verreden is de koers ook bekend als de ‘Ronde van de vallende bladeren’ Onder de meer romantische wielerliefhebbers, en daar ben ik er één van, staat de Ronde van Lombardije te boek als één van de fraaiste klassiekers en er zijn dan ook al vele verhalen, blogs en zelfs documentaires over gemaakt.
Nu wil het feit dat bij de wielerliefhebbers, die ook zelf hun wekelijkse toertochten rijden, eveneens het wegseizoen halverwege oktober wordt afgesloten. Helaas zijn de diverse toerclubs niet heel erg creatief met het verzinnen van een passende naam voor deze tochten en in 99 van de 100 gevallen heet de die tocht dan ook de ‘Afsluitingsrit’ of ‘Sluitingsrit’. Zo ook bij toerclub Swolland…
Afgezien van de hartelijke begroeting door Loes Soor d’A. en de kortstondige aanwezigheid van Carlijn B. besloten de dames echter een andere plek te kiezen en bleef ik achter in de loungehoek met Toon O. en Jannes M. Vanzelfsprekend heb ik niets tegen deze beide heren, maar als harem stelt het niet veel voor..
Bij Swolland dus ook een Sluitingsrit en dus ook traditioneel op dezelfde dag dat de profs in Lombardije het seizoen afsloten.
Ik was deze zaterdagochtend al voor dag en dauw wakker, tussen 4 en half vijf gingen bij mij de luikjes al open. Heel vreemd was dat niet want de vorige avond was ik al om 20.15 uur, behoorlijk vermoeid van een week vroege dienst in combinatie met enkele slechte nachtrusten, naar bed gegaan. Gelukkig sliep ik ditmaal wel lekker door en na nog een tweetal uurtjes sluimeren stapte ik tegen half zeven monter onder mijn dekbed vandaan. Gelukkig hoefde ik niet te veel na te denken over de kledingkeus voor vandaag want het kon dan wel de Sluitingsrit en herfst zijn, de weersvoorspellingen waren op z’n zachtst gezegd zomers te noemen en de temperaturen zouden op kunnen lopen naar een bijzonder prettige 25 graden. De korte broek dus.. en dat in de herfst.
Tegen 08.40 arriveerde ik bij de startlocatie waar al een aantal mede fietsers aan de koffie zaten. Omdat er na het halen van een kopje koffie (in dit geval 10% duurder met tijdelijk 10% minder koffie) geen plek meer was aan de ‘stamtafel’ verkaste ik naar de loungehoek waar, normaliter, de Swolladies plaatsnemen. In gedachten zag ik mij, als een sultan omringd door zijn harem, op de bank liggen met al die sportieve ladies van Swolland. Vanzelfsprekend onder de jaloerse blikken van de mannelijke deelnemers aan de stamtafel. Afgezien van de hartelijke begroeting door Loes Soor d’A. en de kortstondige aanwezigheid van Carlijn B. besloten de dames echter een andere plek te kiezen en bleef ik achter in de loungehoek met Toon O. en Jannes M. Vanzelfsprekend heb ik niets tegen deze beide heren, maar als harem stelt het niet veel voor..
Nadat iedereen de nodige cafeïne had ingenomen konden we op pad en met ca. 35 mannen en vrouwen, verdeeld in 3 snelheidsgroepen, vertrokken we klokslag negen uur voor onze afsluiter van het seizoen.
Als eerste vertrok een groepje van snelle mannen en één vrouw die ons met een tempo van 30+ vooruitsnelde. Daarna vertrok de groep die met de welbekende SSOP-snelheid van 28 km/h op de klok de tocht zou afleggen en als laatste leidde Henk H. een groep die een iets kortere route zou afleggen.
Zo slingerden dus 3 groepen door het Sallandse land op weg naar de pauze locatie in Hellendoorn. Ikzelf bevond mij vanzelfsprekend in de middelste groep en die groep was ook de grootste in getal. Liefst 20 mannen en vrouwen volgden Arnold van B. en Hennie H. in een prettig maar niet te langzaam tempo. Omdat ik vrij achteraan in de groep zat was het na elke bocht wel even flink bijtrappen maar ik voelde me goed dus dat was op zich geen probleem.
De route van de Sluitingsrit was dit jaar enigszins aangepast t.o.v. 2017. Toen werd de Lemelerberg niet aangedaan maar als je wilt concurreren met een zware klim-klassieker als de Ronde van Lombardije dan moet er wel geklommen worden natuurlijk. Gelukkig zat de Lemelerberg en de aanloop er naar toe via de Oude Raalterweg er nu wel in. Persoonlijk was ik wel benieuwd hoe de benen zouden aanvoelen tijdens het klimmen, na de toch wel vermoeiende week die achter me lag. Tijdens het voorrijden van de tocht enkele weken geleden verteerde ik de Lemelerberg maar moeizaam. Dit keer was alles echter anders en kon ik zelfs nog even aanzetten op het steilste stukje van de klim, dat gaf de burger moed. Na een, bijna traditionele, plaspauze op de top, daalden we weer af naar Lemele.
Ondertussen liepen de temperaturen lekker op en zij die nog overtollige kledingstukken aan hadden ontdeden zich hier snel van. Natuurlijk, het weer is altijd al erg grillig geweest in het verleden, maar niemand kan toch ontkennen dat er onmiskenbaar veranderingen gaande zijn met ons klimaat als je halverwege oktober nog in korte broek kunt rond fietsen, helemaal na de extreem warme en droge zomer die we achter ons hebben liggen.
In een lang gerekt lint trokken we verder door het fraaie Sallandse land richting Hellendoorn. Na het fietspad langs de Midden-Regge kwamen we uit in de buurtschappen Marle en Eelen. Hier werden we nogal gehinderd door motorcrossers die, zo het leek, ook bezig waren met een toertocht en die behalve over onverharde wegen crosten ons ook meerdere keren kruisten op de verharde wegen. Behalve de herrie leverde dat ook een aantal keren een ‘çlose encounter’ op. Uiteindelijk kwamen we toch allemaal veilig en wel aan bij De Tonne in Hellendoorn, waar de koffie en de andere groepen wachtte.
Het was dus een gezellige drukte op het terras waar de zon overigens maar mondjesmaat doorkwam. Reden voor mij om in het enige nog zichtbare streepje zon, aan de rand van het terras, een plek te zoeken. Maar zo als vaak heeft elk voordeel ook een schaduwkant, voor mij betekende deze zitplaats dat het nog en hele toer werd om een kopje koffie te bemachtigen op het overvolle, door Swollanders geannexeerde terras. Uiteindelijke kwam het toch allemaal weer goed.
Op het terras zat ook nog een vierde Swolland ‘groep’; het echtpaar Beumer was gezamenlijk uit Zwolle vertrokken en rechtstreeks naar Hellendoorn gefietst om daar de koffie te gebruiken, met z’n beiden zouden ze ook weer terugfietsen.
De 30+ en de 28 groep gingen na de koffie als één peloton verder. Dit als gevolg van, voor sommigen, te hoog oplopende snelheden op het eerste gedeelte van de tocht. Ik zal verder niet uitweiden over schuldvraag etc.
Tijdens het voorrijden van de tocht enkele weken geleden verteerde ik de Lemelerberg maar moeizaam. Dit keer was alles echter anders en kon ik zelfs nog even aanzetten op het steilste stukje van de klim, dat gaf de burger moed.
Na de pauze kwam het gedeelte van de tocht die het meest in de buurt kwam qua vergelijking met de Ronde van Lombardije, in de eerste 25 kilometer na de pauze zouden we nog stevig aan de bak moeten op achtereenvolgens de Hellendoornse berg, de Almeloseweg, de Noetselerberg, de Holterberg en de Luttenberg. Natuurlijk, deze klimmetjes zijn niet te vergelijken met de klimmen in de Ronde van Lombardije, waar de Muro di Sormano bijvoorbeeld een max. stijgingspercentage kent van 27% maar voor een jongen of meisje van het vlakke Hollandse polderland zijn het toch al behoorlijke puisten.
Op de Hellendoornse Berg werden we overigens nogmaals gehinderd door de motorcrossers en konden we zelfs niet verder op onze vastgestelde route en moesten we op onze schreden terugkeren.
Op de Holterberg bleek dat mijn goede benen van de Lemelerberg niet op het terras in Hellendoorn waren blijven hangen en ik kon goed meekomen in het wiel van Frens L. en Jeannette M., al wist ik dat ik, zodra de weg wat steiler op zou gaan lopen, de beteren zou moeten laten gaan. Helaas kwam dat moment al eerder doordat de inhoud van mijn zadeltasje besloot niet verder mee te reizen en ik noodgedwongen moest stoppen. Berustend in mijn lot maar in het goede gezelschap van Jeannette, Carlijn en Hans M. kon ik vervolgens mijn weg over de Holterberg vervolgen om aan het eind, net voor Holten, nog even ‘volle bak’ te gaan..
In Holten werden de troepen weer gehergroepeerd en vervolgden we onze weg richting Haarle en verderop Luttenberg. Voor we daar zouden arriveren fietsten we door een prachtig herfstlandschap en zo nu en dan was ook onze sluitingsrit een rit van de vallende bladeren.
De Luttenberg is altijd al één van mijn favoriete bultjes geweest; niet te steil en niet te lang (soms wel overigens) en altijd als we er arriveren wil ik toch even op mijn niveau knallen. Zo ook deze keer en opnieuw (of nog steeds) voelden de been goed.
Na de Luttenberg waren de hoogtemeters wel op en de enige uitdaging kwam eigenlijk nog uit de klinkers van de Twentseweg die elk jaar weer opdoemen in de Sluitingsrit, al net zo traditie getrouw als de doorkomst van het peloton in Lombardije langs de Madonna de Ghisallo.
Overigens houdt daar de vergelijking ook wel op. De Madonna di Ghisallo is een kerkje op de heuvel Ghisallo, bedevaartsoord voor het Italiaanse wielrennen en patroonheilige van de reizigers, terwijl de Twentseweg vooral zorgt voor een zere kont en daar is weinig heiligs aan.
Als de Twentseweg is ‘gerond’ dan is Zwolle niet ver meer en doemt de volgende traditie alweer op. De nazit om het wegseizoen in steil af te sluiten. De laatste jaren gebeurt dat meestal bij het restaurant van de golfclub in Wijthmen. Helaas kon ik daar dit jaar niet bij zijn vanwege familiaire verplichtingen maar uit ervaring weet ik inmiddels hoe het daar is toegegaan. Het was vast reuze gezellig.
De Swolland Sluitingsrit was dit jaar, dankzij het geweldige weer, de enorme opkomst en de prima organisatie een daverend succes; de heren van de organisatie en de voorrijders worden daarvoor bedankt. Toch blijft er nog een klein dingetje hangen, die naam; Sluitingsrit, dat moet toch beter kunnen, Italiaanser. Daarom, al was het alleen maar als titel voor deze blog, Corso di Chiusura de Swolland.
De Madonna di Ghisallo is een kerkje op de heuvel Ghisallo, bedevaartsoord voor het Italiaanse wielrennen en patroonheilige van de reizigers, terwijl de Twentseweg vooral zorgt voor een zere kont en daar is weinig heiligs aan.