Van de Weerribben via ‘Italië’ naar Uddel…
ZATERDAG 21 APRIL 2018
“Platte banden in De Weerribben”
Ergens in het fraaie en waterrijke gebied van de Kop van Overijssel roep ik luid ‘LEK!’
Eigenlijk belazer ik daarmee de boel want ik niet mijn bandje is lek maar mijn blaas. Eigenlijk is het inmiddels gemeengoed geworden binnen onze club dat de kreet LEK ook gebruikt mag worden voor een sanitaire stop, deze stop zou er echter één met een dubbele betekenis worden…
Als ik (net als enkele andere heren) mijn blaas heb geleegd en weer door wil fietsen blijkt mijn achterband ineens zo plat als een dubbeltje. En dat terwijl ik nog maar net mijn beide buitenbanden heb vervangen na twee lekke voorbanden enkele weken eerder.
Nadere bestudering leert dat een centimeter lange ijzeren nagel zich dwars door mijn buiten en binnenband heeft geboord. Vraag me niet hoe het kan, want toen ik ‘lek’ riep was er nog niest aan de hand, dacht ik.
Gelukkig was het prachtig weer deze 21e april, dus het wachten was voor de rest niet heel vervelend of het moest zijn dat we gedurende de reparatie werden gepasseerd door de ‘langzame’ groep.
Nadat het bandje verwisseld was konden we weer verder, al merkte ik dat er een irritant bobbeltje in de achterband was achtergebleven. Onzeker fietste ik echter toch maar door tot een kilometer of 10-15 verder ik opnieuw merkte dat alle lucht uit de achterband was verdwenen. Hoe was het toch mogelijk dat ik inmiddels duizenden kilometers met dit type buitenband had gereden zonder lekken en nu in een paar weken tijd 4x aan de beurt was? Laat ik het maar houden op domme pech…
Voor de rest genoten we met z’n allen gelukkig wel van een prachtige tocht door de Weerribben en de Rottige Meente, zagen we tientallen ooievaars en scheen de zon volop. Voor het eerst vond deze voormalige najaars-tocht plaats in het voorjaar en ik moet zeggen, onder de gegeven omstandigheden, een goede keus. Tel daarbij op dat de toerleider de route van de ‘Weerribbentocht’ op meerdere plaatsen had aangepast waardoor er nog meer te genieten viel van het fraaie landschap en het was 125 kilometer lang genieten. Door allerlei vakanties werd de tocht helaas door minder deelnemers gereden dan het op basis van de route en het weer verdiende.
ZONDAG 22 APRIL 2018
“Mooi roze is niet lelijk”
Vorig jaar rond deze tijd verscheen er een foto op de club-app van twee mannen in een wel heel erg roze fiets shirt. Moedig, want het commentaar door medefietsers was niet van de lucht en de eerlijkheid gebied te zeggen dat de shirts ook wel erg roze waren. De beide mannen; Hans K. en Henk G. hadden die dag meegedaan aan de Grand Fondo Rosa, een toertocht rond Arnhem en Nijmegen als een soort eerbetoon aan de Giro d’Italia.
Afgezien van de shirts scheen het wel een erg mooie tocht te zijn en dus kwamen op de oproep van Hans K. om in 2018 met meerdere mensen hieraan mee te doen behoorlijk wat positieve reacties, inclusief die van mijzelf. Afgelopen zondag, een dag na de Weerribbentocht was het zover.
Al vroeg stond ik bij Jan S. voor de deur en met beide fietsen in de Ford Focus togen we richting Oosterbeek. Het zou Jans’ eerste tocht worden als gepensioneerd lid van onze fietsclub, de vrijdag was zijn laatste werkdag geweest en na jaren uitkijken naar dit moment was he dan eindelijk zover voor Jan. Ik zelf mag nog een groot aantal jaren door maar daar gaat het nu niet over…
In Oosterbeek, op de speciale team parkeerplaats, zagen we gelijk al een aantal andere Swolland deelnemers zich gereedmaken voor een Italiaans dagje, zowel qua weer als qua sfeer.
Voor de start konden we nog even genieten van een kopje koffie aan onze eigen Team Swolland tafel onder klanken van behoorlijk foute muziek, dat dan weer wel.
Nadat iedereen (6 heren en 3 dames) helemaal gereed was konden we van start voor onze eigen Giro de Gran Fondo Rosa.
Al vrij snel na de start wachtte ons de eerste klim, de welbekende (hoe kan het ook anders) Italiaanse weg. Bij de meeste toerfietsers is deze smalle klinkerweg ongetwijfeld bekend, het slingert over ongeveer 900 meter door het bos en werd ooit aangelegd om het kasteel Doorwerth beter bereikbaar te maken. De middelste 500 meter is met 6 a 7% het lastigste stuk en door de twee haarspeldbochten doet het aan als een echte klim.
Daarna draaien we wat rondjes tussen Oosterbeek en Heelsum om vervolgens de Waal over te steken richting Nijmegen en Berg en Dal. Ondertussen liepen de temperaturen al lekker op richting de 25 graden en het was geen straf om een beetje over de dijken langs de Waal te fietsen. Onderweg zagen we lange slierten fietsers met allemaal het speciale Grand Fondo Rosa shirt aan. Roze vanzelfsprekend maar een stuk minder lelijk dan het model van 2017. Voor de herkenbaarheid van ons clubje hadden wij gelukkig Jan, die als enige in zijn Swolland tenue rondreed.
Aangekomen bij Beek moesten we weer serieus aan de bak op de Oude Holleweg. Met z’n maximale stijgingspercentage van 14% is het een serieuze kuitenbijter die menig toerfietser doet afstappen. Niemand van onze groep overkomt echter het lot van de wandeling naar boven.
Bovengekomen maken we nog even een foto op een uitzichtpunt om daarna op weg te gaan naar de volgende klim, de Ubbergse Holleweg, minder lastig dan z’n voorganger maar met z’n max van 10% ook zeker niet makkelijk.
Zo langzamerhand beginnen we wel trek te krijgen en kijken uit naar de eerste verzorgingspost die toch wel iets langer op zich laat wachten dan verwacht, op kilometer 58 is het echter zo ver, even tijd om bij te tanken en de spieren wat rust te gunnen. In de lucht lijkt het even wat dicht te trekken maar gelukkig krijgt de zon toch weer de overhand en op het midden van dag lopen de temperaturen uiteindelijk op tot ongeveer 28 graden, hoe Italiaans willen wij het hebben in april?
Na de bevoorrading gaan we verder langs de waal en het Pannerdens kanaal in de richting van de Veluwezoom waar ons nog meer klimmetjes wachten. Als eerste de Posbank die we vanuit Rheden beklimmen, vooral het laatste stukje richting het bezoekerscentrum noopt sommigen tot wandelen, niet zozeer door het stijgingspercentage maar meer door de reeds gedane inspanningen. Opnieuw halen alle 9 Swollanders fietsend de top waarna we richting de afdaling naar Velp fietsen om vervolgens de Emma Pyramide te ‘nemen’. In de afdaling van de Bovenallee haal ik mijn maximumsnelheid van de dag, 58.8 km/h Door de bochten en het verkeer blijven de snelheden binnen de perken. De Emma Pyramide is als altijd een pittige kuitenbijter, vooral als je uit zo’n lekkere afdaling komt…
Onderweg zagen we lange slierten fietsers met allemaal het speciale Grand Fondo Rosa shirt aan, roze vanzelfsprekend maar een stuk minder lelijk dan het model van 2017.
Voor de herkenbaarheid van ons clubje hadden wij gelukkig Jan, die als enige in zijn Swolland tenue rondreed.
Na de fraaie Posbank blijft het tot aan de finish in Oosterbeek op en neer gaan en de laatste 10-15 kilometer beginnen mijn benen toch behoorlijk vol te lopen. Ik ben dan ook blij dat we na ruim 120 km de finishplaats oprijden. Als we onder de boog zijn doorgereden krijgen we van twee bevallige jongedames een heuse medaille omgehangen waarna we zo snel mogelijk op zoek gaan naar de tent voor een welverdiend hersteldrankje en de pasta maaltijd.
Na het nemen van de onvermijdelijke groepsfoto gaan we vervolgens allemaal op huis en net voor het onweer boven Zwolle losbarst rij ik mijn fiets weer naar binnen, weer een aantal fraaie kilometers rijker.
VRIJDAG 27 APRIL 2018
“Een Koninklijk ritje naar Uddel”
Ik heb niet veel met het koningshuis. Mij zul je niet gauw aantreffen met een oranje vlaggetje langs de weg als Willem A. met zijn Maxima langs komen. Wel ben ik elk jaar blij met de vrije dag op de verjaardag van ons zelfbenoemd staatshoofd, want op zo’n nationale feestdag kun je lekker fietsen uiteindelijk. Zo ook dit jaar…
De weersvoorspellingen waren redelijk goed voor Koningsdag, een beetje fris wel maar in ieder geval droog. Maar liefst 16 clubgenoten hadden dezelfde gedachte als ik en togen richting de Mac waar de start voor een rondje Uddel zou plaatsvinden. Bij binnenkomst is het eerste wat opvalt de bruine benen van Arnold van B. ondanks de nog lage temperaturen gaat hij blootbeens. De week vakantie op Tenerife heeft zijn uitwerking duidelijk niet gemist want het bruin spat ervan af, jaloersmakend bruin.
Met 15 (later 16) gaan we op pad. Eerst in noordwestelijke richting via Stadshagen en Westenholte fietsen we richting de IJsseldijk en volgen die tot aan Kampen, daar buigen we af richting Noordeinde om langs het Drontermeer op Elburg aan te gaan. In het oude vestingstadje is het nog relatief rustig en ongehinderd fietsen we verder, nu langs het Veluwemeer. Ondanks de aanwezige zuidenwind geven voorrijders Rob G. en Hennie H. geen enkele krimp, iets wat ze ook de rest van de tocht niet zouden doen. Inmiddels heeft Arnold ons al verlaten vanwege oranje verplichtingen in Zwolle.
Bij Hierden draaien wij richting de Veluwe waarna we de eerste hoogtemeters pakken bij de overgang over de A28.
Aan het einde van een vrij lang grindpad komt Bennie v.d. B nog ongelukkig ten val in het losse grind. Het gevolg is een pijnlijke heup en wat beurse plekken. De hulp van een bevallige voorbijgangster slaat Bennie vriendelijk doch gedecideerd af, hij heeft genoeg aan zijn fietsvrienden….
Via de prachtige bossen rond Leuvenum en Garderen fietsen wij door naar het Uddelermeer waar we kunnen genieten van koffie en appelgebak, met oranje slagroom en een vlaggetje om het af te maken…
Overigens hebben we er dan al ruim 70 km opzitten dus we zijn er ook wel aan toe met z’n allen.
Na de pauze moeten we weer even in ons ritme komen, iets wat op het langzaam stijgende parcours richting Elspeet/Vaassen wat lastig is maar na de Hoge Duvel komt daar verbetering in als we lekker afdalen richting Niersen. Vandaar gaat het door naar Gortel en Epe.
Met de nu lichte rugwind loopt de kruissnelheid op tot boven de 30 km/h, vooral als we eenmaal van de Veluwe af zijn. Langs het Apeldoorns kanaal fietsen we verder richting Heerde en Wapenveld en langzaam maar zeker mogen de liefhebbers weer denken aan een hersteldrankje. Toch heeft toerleider annex wegkapitein Ruud nog een verrassing voor ons in petto; waar iedereen verwacht dat we bij Hattem rechtdoor gaan slaan we onverwachts af naar burgemeester Honcoopslaan, het beruchte weggetje waar nog even serieus geklommen moet worden. Deze onverwachte ritme verandering heeft ongetwijfeld tot doel nog enige hoogtemeters in de kuiten te krijgen voor het naderende buitenland weekend eind mei.
Zo sluiten we de tocht alsnog af met een verhoogde hartslag nadat we ook de rode brug nog hebben bedwongen. Aan de Overijsselse kant van de IJssel gaat iedereen zijn eigen weg. Met een aantal geestverwanten drink ik nog een drankje op het terras van Krisman bij Het Engelse Werk, inclusief een bitterballetje…het is immers feest.
Zo fietste ik binnen een week 3 fraaie toertochten met in totaal 385 kilometers, zo’n 1200 hoogtemeters en een gemiddelde snelheid van 26.5 km/h. Al met al niet slecht voor een week in april.